Ontwikkelen van een duurzaam smart design.
Ontwerpen van een collectie en ontwikkelen van een prototype, opmaken van technische dossiers.
Opmaken van de ontwerptekeningen en technische specificaties in Adobe Illustrator.

- Bedenken van een innovatief product dat beantwoordt aan de criteria van een duurzaam smart design.
- Analyseren van het marktsegment horend bij dit innoverend product. Bevragen van de doelgroep. Concurrentie analyse. Vastleggen marketing strategie.
- Ontwerpen van een volledige collectie en ontwikkelen van een prototype.
- Opmaken van de ontwerptekeningen en technische dossiers in Adobe Illustrator.

((geslaagd of gedelibereerd voor Patroontekenen 1 EN (geslaagd of gedelibereerd voor Prototyping 1 OF geslaagd voor Afwerkingstechnieken 1)) OF geslaagd of gedelibereerd voor Industriële confectietechnieken 1) EN ((geslaagd of gedelibereerd voor Patroontekenen 2 EN geslaagd of gedelibereerd voor Prototyping 2) OF geslaagd of gedelibereerd voor Industriële confectietechnieken 2) EN geslaagd of gedelibereerd voor Mode en design 1 EN eerder ingeschreven voor Mode en design 2 EN geslaagd of gedelibereerd voor Project 1: Designers Inspirerend EN eerder ingeschreven voor Vezelkennis EN eerder ingeschreven voor Textieltechnologie EN eerder ingeschreven voor Productdesign 1.

De eindcompetenties van Mode en design 1 en 2, Patroontekenen 1 en 2, Prototyping 1 en 2 en Productdesign 1 bereikt hebben. Het is noodzakelijk om vezelkennis en textieltechnologie gevolgd te hebben.

AC 01.1: De student analyseert en ziet verbanden, met het oog op het oplossen van sectorgebonden vraagstellingen.
Indicator 1.1.1: De student verzamelt en interpreteert zelfstandig relevante gegevens en wendt geselecteerde methodes en hulpmiddelen innovatief aan om niet vertrouwde complexe vraagstellingen op te lossen. (niveau 3)

AC 03.1: De student reflecteert over zijn eigen functioneren.
Indicator 3.1.1: De student reflecteert kritisch over zichzelf en geeft zijn sterktes en zwaktes helder aan. De student formuleert spontaan verbeterdoelen en stuurt uit zichzelf zijn eigen aanpak bij op basis van feedback en nieuwe inzichten. (niveau 3)

AC 04.1: De student werkt projectmatig.
Indicator 4.1.1: De student zorgt voor realistische en relevante doelstellingen door rekening te houden met de beschikbare tijd en middelen, en met onvoorziene omstandigheden. De student plant en structureert complexe werkzaamheden op een methodische, realistische en soepele manier. De student focust en beheerst het verloop van de werkzaamheden. (niveau 3)

AC 04.2: De student stuurt aan en neemt medeverantwoordelijkheid op voor collectieve resultaten.
Indicator 4.2.1: De student bevordert het doelgericht handelen bij anderen. Hij brengt samenwerkingsverbanden tot stand en handhaaft die. Hij neemt medeverantwoordelijkheid op voor het bepalen, opvolgen en bijsturen van collectieve resultaten. (niveau 3)

AC 05.1: De student kent en past het (internationaal) vakjargon correct toe.
Indicator 5.1.1: De student past systematisch (internationaal) vakjargon correct toe en actualiseert voortdurend zijn vakjargon, aangepast aan de gespecialiseerde (internationale) context waarin hij zich bevindt. (niveau 2)

AC 05.2: De student communiceert mondeling en schriftelijk helder en overtuigend, aangepast aan het niveau van zijn doelgroep.
Indicator 5.2.1: De student verduidelijkt zijn visie en beargumenteert overtuigend zijn standpunten. Hij verdedigt die ten aanzien van een brede of gespecialiseerde doelgroep. (niveau 2)

AC 06.1: De student is creatief.
Indicator 6.1.1 De student wendt autonoom en op basis van praktijkonderzoek nieuwe methoden en hulpmiddelen aan om niet-vertrouwde complexe problemen op te lossen. (niveau 2)

ABC 01.1: De student staat open voor de inbreng van anderen en levert een constructieve bijdrage binnen een multidisciplinair team.
Indicator 1.1.1: De student levert in het kader van een complexe opdracht een constructieve inbreng in een multidisciplinair team. Hij toont respect voor de inbreng van anderen. Hij is opbouwend, assertief en handelt integer ten opzichte van zijn teamleden. (niveau 3)

ABC 01.2: De student organiseert zijn werkzaamheden met het oog op gestelde deadlines en komt afspraken binnen een team na.
Indicator 1.2.1: De student organiseert zelfstandig complexe werkzaamheden zodat hij met het oog op verschillende deadlines de juiste prioriteiten stelt. De student anticipeert op toekomstige taken en komt afspraken na. (niveau 2)

ABC 03.1: De student handelt op een maatschappelijk verantwoorde wijze.
Indicator 3.1.1: De student situeert autonoom de gevolgen van activiteiten binnen zijn beroepscontext in een brede maatschappelijke context en maakt maatschappelijk verantwoorde keuzes. (niveau 3)

BC 01.1: De student bedenkt originele, vernieuwende ideeën en werkt deze uit rekening houdend met de commercialisatie van het geconfectioneerd artikel (niveau 2)
Indicator 1.1.1: De student is creatief ingesteld om binnen een bestaande commerciële collectie vernieuwende en originele ideeën te bedenken en uit te werken. (niveau 4)

BC 02.3: De student is vertrouwd met het marketingproces resp. kostprijsanalyse en past deze toe in praktijksituaties
Indicator 2.3.1: De student past zijn kennis betreffende marketingbegrippen toe in praktijksituaties o.a. het meebepalen van een markt- en verkoopstrategie. (niveau 2)

BC 07.1: De student onderzoekt nieuwe ontwikkelingen en innovaties voor techniek- en productvernieuwing
Indicator 07.1.1: De student kent de nieuwe ontwikkelingen en innovaties en bedenkt binnen deze context producten. (niveau 3)

BC 08.3: De student past de principes van duurzaam ondernemen toe
Indicator 8.3.1: De student past de principes van duurzaam ondernemen toe en neemt maatschappelijk verantwoorde keuzes. (niveau 3)

Projectonderwijs.

Begeleiding tijdens groepsbijeenkomsten en oefeningen

h745 beeldende kunst - 3D-modeontwerp