Het takenpakket van de milieucoördinator en milieuadministratie omvat volgende onderdelen:

1. ‘Takenpakket van de milieucoördinator’
Milieuzorg binnen een onderneming kan in de handen van een milieucoördinator gecentraliseerd worden. Dit specifieke beroep vereist kennis van het eigen takenpakket, kennis van het ondernemingsgebeuren en een goede communicatie zowel intern als extern.
Voor een goed begrip van de rol van de milieucoördinator binnen het bedrijf wordt de organisatie van een bedrijf en de functie en het belang van het CPBW toegelicht. Ze zijn zich bewust van de verplichtingen omtrent het opstellen van een milieujaarverslag en het uitvoeren en rapporteren van controlerondgangen.
De studenten krijgen inzicht in elektronische gegevensbestanden en informatiebronnen omtrent industrieel milieubeheer (theorie en praktijk).
Het onderdeel mobiliteit omvat de uitwerking van de problemen waarmee bedrijven en/of instellingen geconfronteerd worden op het vlak van de milieuaspecten van mobiliteit. De verplichte opmaak van de mobiliteitsenquête voor grote bedrijven wordt doorgelicht

Wat betreft externe communicatie leren de studenten hoe ze een aanvraagdossier voor een omgevingsvergunning kunnen opstellen, een aangifte van grond-en afvalwater moeten voorbereiden inclusief de heffingen berekenen, verplichtingen inzake samenwerkingsakkoord verpakkingsafval nakomen en kosten berekenen, een integraal milieujaarverslag moeten opstellen, een MER-screening uitvoeren.
Wat betreft interne communicatie leren de studenten hun communicatieve vaardigheden te ontwikkelen om te kunnen rapporteren over het opstarten van een milieuzorgsysteem in een onderneming en over de daarmee gepaarde opleidings - en vormingsactiviteiten. Daarnaast leren ze hun communicatieve vaardigheden te ontwikkelen om de communicatie naar het personeel te organiseren. Volgende items worden behandeld: vergadertechnieken, opstellen van interne nota's en agenda's, opleidings – en vormingsactiviteiten, conflictbehandeling... Studenten leren op een efficiënte manier werken met elektronische bronnen over milieuaangelegenheden.


2. ‘Milieuadministratie’

Binnen het onderdeel milieuadministratie wordt het milieubeleid en de milieuwetgeving aan de hand van verschillende bronnen aan de praktijk getoetst. Het werken met en interpreteren van verschillende milieujuridische en milieutechnische bronnen moet toelaten een globaal beeld te krijgen op:
- alle relevante procedurele verplichtingen;
- de gevolgen op het vlak van de milieuhandhaving;
- preventie, sanering en bewustmaking inzake milieuproblematieken (bodem, afval, emissies, geluid, …);
- duurzaam ondernemen.

De relevante milieuwetgeving wordt toegepast in een specifieke bestaande context, hetgeen toelaat een ruimer inzicht in en bewustwording te verwerven van de bestaande wetgeving en de reglementering in Vlaanderen.

Door het toelichten van de eigen bronnen aan de medestudenten en via overleg, discussie en extra muros onderzoek wordt de ruimere wereld van de milieuadministratie en –wetgeving begrepen.

De leerinhoud voor het gedeelte ‘takenpakket van de milieucoördinator’ is als volgt opgebouwd:
- Aanstelling en verplichtingen van de milieucoördinator
- Rol van de milieucoördinator binnen de onderneming; interne communicatievaardigheden, uitvoeren controlerondgangen
- Opstellen van een dossier voor de aanvraag van een omgevingsvergunning (met veel aandacht voor de indeling gevaarlijke stoffen, Seveso-indeling,…)
- Opmaken en berekenen Integraal milieujaarverslag (onderdelen water, grondwater, lucht, energie, afval voor producenten)
- Opmaken aangifte VMM – berekening grond- en afvalwaterheffingen
- Verplichtingen verpakkingsverantwoordelijke, aangifte Fost plus en Valipac, berekening kosten t.g.v. samenwerkingsakkoord verpakkingsafval, voordelen als ontpakker
- Opmaken van een MER-screening voor een bedrijf
- Structuur en doel van een milieuzorgsysteem; opleiding en vorming in verband met het opstellen / opstarten van een milieuzorgsysteem ISO 14001.
- Organisatie naar het personeel: vergadertechnieken, opstellen van een interne nota en van een agenda , conflictbehandeling, opleidings - en vormingsactiviteiten... omtrent milieubeheer
- Voorbereiden en uitvoeren van een vergadering betreffende milieu(zorg)-items in een bedrijf.
- Mobiliteit (onder andere: mobiliteitsprojecten, verplichte gegevensoverdracht, opmaken van een mobiliteitsnota voor een bedrijf,…)


Het onderdeel begeleid zelfstandig leren heeft als doel bovenstaande onderdelen in praktijk uit te werken. Volgende opdrachten kunnen hierbij toegekend worden:
- Zelf een bedrijf contacteren, de milieuvergunningssituatie en de verplichting tot aanstelling van een milieucoördinator onderzoeken. (aanstelling milieucoördinator)
- De taken omschrijven van de milieucoördinator in een zelf gekozen bedrijf na interview van de aangestelde milieucoördinator. Deze taken vergelijken met de decretaal opgelegde taken. (takenpakket milieucoördinator)
- Opmaken van een integraal milieujaarverslag voor een productiebedrijf aan de hand van de gegevens opgenomen in een MER-dossier en/of op andere wijze ingezamelde informatie. (externe milieucommunicatie)
- Bijwonen en verslag uitbrengen van een CPBW (comité voor preventie en bescherming) op het werk (interne communicatie)


De inhoud voor het gedeelte ‘milieuadministratie’ omvat het bestuderen, bespreken en kaderen van bronnen omvattende:

- de procedurele verplichtingen op het vlak van:
o de omgevingsvergunning (milieu- en stedenbouwkundige vergunning, adviezen in dit kader uitgebracht, Raad van State, …);
o effectenrapportage (MER/VER, ontheffing e.d.);
o ruimere milieuhygienische verplichtingen (vrijstelling saneringsplicht, bestuurlijke maatregelen;
o aangiftes (water/afvalstoffen);
- de gevolgen op het vlak van de handhaving (processen varbaal, vonnissen/arresten/bestuurlijke maatregelen/ bestuurlijke beboeting);
- preventie, sanering en bewustmaking inzake milieuproblematieken;
- duurzaam ondernemen.

Het verkrijgen van een praktijkgericht inzicht op het vlak van milieuwetgeving en –administratie door middel van het zoeken, bestuderen, situeren en toelichten van milieujuridische en milieutechnische bronnen.

geslaagd of gedelibereerd voor Milieuwetgeving OF eerder ingeschreven voor Milieuwetgeving en -administratie.

Beschikken over de eindcompetenties van het OLOD Duurzaam en veilig handelen
Beschikken over de eindcompetenties van het OLOD Milieuwetgeving

ABC 01.1: De student staat open voor de inbreng van anderen en levert een constructieve bijdrage binnen een multidisciplinair team.
Indicator 1: De student levert in het kader van een complexe opdracht een constructieve inbreng in een multidisciplinair team. Hij toont respect voor de inbreng van anderen. Hij is opbouwend, assertief en handelt integer ten opzichte van zijn teamleden.

ABC 02.1: De student lost werkgerelateerde problemen effectief op.
Indicator 1: De student analyseert autonoom een complex probleem vanuit verschillende invalshoeken en formuleert een oplossing.

AC 06.1: De student is creatief.
Indicator 1: De student wendt autonoom en op basis van praktijkonderzoek nieuwe methoden en hulpmiddelen aan om niet-vertrouwde complexe problemen op te lossen.

AC 07.1: De student zorgt ervoor dat zijn werk beantwoordt aan de gestelde eisen.
Indicator 1: De student legt zelf de eisen vast voor een complexe taak en oriënteert zijn gedrag daarop. Hij stelt autonoom verbeterdoelen op met het oog op kwaliteitsindicatoren.

BCALG05.1: De student zoekt wetenschappelijke informatie op.
Indicator 1: De student maakt gericht een selectie van de informatie verkregen uit betrouwbare en relevante wetenschappelijke bronnen.

BCALG05.2: De student evalueert en verwerkt wetenschappelijke bronnen.
Indicator 1: De student maakt een samenhangende synthese vanuit meerdere gespecialiseerde bronnen.

BCALG06.1: De student stelt een onderzoeksvraag op en analyseert deze.
Indicator 1: De student formuleert een onderzoeksvraag en draagt bij aan het bepalen van een onderzoeksstrategie.

BCALG06.2: De student werkt projectmatig, methodisch en probleemoplossend.
Indicator 1: De student zorgt onder supervisie voor realistische en relevante doelstellingen van een project in een werkcontext en gaat daarbij methodisch en probleemoplossend te werk.

BCALG09.1: De student werkt mee aan het opstellen en implementeren van kwaliteitszorgsystemen
Indicator 1: De student functioneert onder begeleiding binnen een kwaliteitszorgsysteem.

BCALG10.1: De student functioneert zelfstandig.
Indicator 1: De student organiseert zelfstandig en gelijktijdig meerdere taken op een efficiënte manier. Hij voert deze taken uit binnen de voorziene tijd en stuurt de planning bij waar nodig.

BCALG10.2: De student functioneert in een team.
Indicator 2: De student houdt zich aan de gemaakte afspraken binnen een multidisciplinaire groep in het werkveld.

BCALG11.2: Handelt maatschappelijk en ethisch verantwoord
Indicator 1: De student gaat respectvol om met anderen.

BCMI02.1: De student past milieuwetgeving toe.
Indicator 1: De student beredeneert in team de impact van de milieuwetgeving in een nieuwe context.

Indicator 3: De student voert een milieuadministratie uit voor bedrijven, gemeenten en overheden en verleent advies over milieuwetgevingsdossiers aan vergunningsverlenende overheid. 

Indicator 4: De student verleent bijstand bij de handhaving van milieuwetgeving.
Indicator 5: De student heeft voldoende kennis in milieubeleid en natuurbehoud.

BCMI03.1: De student communiceert adequaat en motiverend met externe actoren.
BCMI03.1.1: De student kan ondersteuning verlenen bij het maken van een milieujaarverslag en van een milieu-effectenrapport.

BCMI03.2: De student communiceert adequaat en motiverend met interne actoren.
BCMI03.2.1: De student werkt op een efficiënte manier met elektronische bronnen over milieu-aangelegenheden.

Puntenverdeling:
Het totaal aantal punten bedraagt 100 als volgt verdeeld:
- Takenpakket van de milieucoördinator: 80 punten
- Milieuadministratie - oefeningen: 20 punten

Eerste examenkans
Takenpakket van de milieucoördinator:
- Niet-periodegebonden evaluatie: 50% van de punten. (40 punten)
De niet-periodegebonden evaluatie omvat de opdrachten in het kader van begeleid zelfstandig leren en oefeningen uitgevoerd tijdens de lessen.
- Periodegebonden evaluatie: 50% van de punten voor schriftelijk examen. (40 punten)

Milieuadministratie - oefeningen:
- Niet-periodegebonden evaluatie: 100% van de punten. (20 punten)

Tweede examenkans

- Niet-periodegebonden evaluatie takkenpakket van de milieucoördinator: de tweede examenkans bestaat uit een test die theoretisch en/of praktisch is. Mogelijkheid tot tweede examenkans voor 30% van de punten.

- Periodegebonden evaluatie: mogelijkheid tot tweede examenkans voor het schriftelijk examen.

Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

emis.vito.be: milieuwetgeving via internet (gratis aangeboden)

Zie alle info over bijzondere studiekosten op de website.