De cursus fysicochemische oefeningen bouwt net als de theoretische cursus voort op een aantal elementaire begrippen uit de cursus algemene chemie waarbij de student reeds in staat moet zijn om een reactieschema aan te passen en concentratieberekeningen door te voeren.

De bedoeling van de cursus oefeningen fysicochemie is om de student aan te leren experimenteel gemeten fysicochemische resultaten op een wetenschappelijke correcte manier te interpreteren en te verwerken. Daarbij zullen de resultaten enerzijds voortvloeien uit zelf uitgevoerde experimenten en anderzijds uit een aantal theoretische problemen.

- Bepalen van molaire massa van een vluchtig product via de ideale gaswet
- Bepalen van colligatieve eigenschappen zoals smeltpunts- en kookpuntsverandering
- Bepalen van viscositeit
- Calorimetrische bepaling van warmte uitgewisseld in verscheidene processen
- Bepalen van de oplosbaarheid
- Spontaneïteit van elektrochemische reacties
- Fasediagrammen opstellen
-Theoretische vraagstukken leren analyseren en oplossen

Beschikken over de eindcompetenties van het opleidingsonderdeel Algemene en anorganische chemie en het opleidingsonderdeel Fysica en Wiskunde zijn verplicht. Het reeds gevolgd hebben van practicum analysetechnieken wordt ten sterkste aangeraden.

AC 05.1: De student kent en past het (internationaal) vakjargon correct toe.
Indicator 1: De student past systematisch (internationaal) vakjargon correct toe en actualiseert voortdurend zijn vakjargon, aangepast aan de gespecialiseerde (internationale) context waarin hij zich bevindt.

BCALG01.1: De student beschikt over voldoende kennis om analyses uit te voeren
Indicator 1: De student kent en begrijpt complexe analysemethoden wat betreft principe, uitvoering en toepassing.

BCALG01.2: De student voert analyses correct uit.
Indicator 1: De student voert aan de hand van een werkwijze een complexe analysemethode en/of techniek zelfstandig en efficiënt uit.

BCALG02.1: De student past bestaande en nieuwe technieken toe.
Indicator 1: De student past zelfstandig bestaande en nieuwe technieken toe.

BCALG07.1: De student noteert, verwerkt en interpreteert analyse- en onderzoeksresultaten op een kritische wijze. Hij beschikt hiervoor over de gepaste ICT-vaardigheden.
Indicator 1: De student gebruikt zelfstandig de correcte methode en software om complexe onderzoeksgegevens en analyseresultaten te verwerken.

BCALG07.2: De student verwerkt de onderzoeksgegevens en analyseresultaten statistisch.
Indicator 1: De student verwerkt zelfstandig onderzoeksgegevens en analyseresultaten volgens statistische methoden.

BCALG09.2: De student werkt veilig.
Indicator 1: De student heeft oog voor mogelijke risico’s en gevaren en kan een risicoanalyse uitvoeren.

BCALG09.3: De student werkt milieubewust.
Indicator 1: De student handelt milieubewust.

Practica: de theorie wordt in praktijk gebracht tijdens de practica fysicochemie. De proeven die aan bod komen zijn een illustratie en ondersteuning van de theoriecursus. Er wordt gekeken naar de manier van werken in het labo (veiligheid, respect, milieu), naar de wijze waarop een wetenschappelijk verslag geschreven wordt in correcte Nederlandse taal, naar de resultaten bekomen uit de experimenten en naar de interpretatie van de resultaten door de studenten. De theoretische achtergrond wordt getest aan de hand van een korte overhoring bij aanvang van het practicum.

Tijdens twee practica worden er theoretische vraagstukken aangaande de theoriecursus behandeld in een open gesprek tussen student en docent .

Eerste examenkans

Niet-periodegebonden evaluatie van praktische vaardigheden en kennis (theorie en vraagstukken). 

Studenten worden gequoteerd op
- theoretische kennis (test bij aanvang practicum)

-theoretische vraagstukken: 1 test ipv een practicum
- schrijven van een wetenschappelijk verslag (lay-out, taal en inhoud, statistiek en grafieken, rekenfouten en resultaat, risicoanalyse en afvalbeheer, interpretatie van de resultaten). 
- schriftelijke voorbereiding van de proeven (de toegang tot het labo kan geweigerd worden indien deze niet correct is, zonder quotatie)

- labovaardigheden: de studenten worden gevolgd en bijgestuurd en gequoteerd op attitude, gedrag, omgang met materiaal/toestellen en producten en zelfstandigheid/inzicht en deadlines

 

Indien het laboregelement niet gerespecteerd wordt, wordt de toegang tot het labo ontzegd en bekomt de student geen quotatie

Tweede examenkans

Door de verscheidenheid aan competenties die dient te worden afgetoetst in de verschillende domeinen van dit dOLOD kan geen tweede examenkans georganiseerd worden.

Indien een student afwezig is op 1 deelopleidingsonderdeel kan er geen examencijfer voor het samengesteld opleidingsonderdeel berekend worden.

Indien de berekende gewogen score van het samengesteld opleidingsonderdeel meer dan
9 op 20 bedraagt en er is een deelopleidingsonderdeel met een score van minder dan 8 op
20 dan krijgt de student voor het samengesteld opleidingsonderdeel niet de berekende
gewogen score maar wordt er automatisch het examencijfer “9 op 20” toegekend