Docu III omvat 2 ateliers en ruimte voor 'toeleiding'
Het eerste atelier legt zich toe op de realisatie van een afgewerkte film (60%).
Het tweede atelier benadrukt het experiment en het proces (30%).

10% ‘toeleiding’: tijd en ruimte om screenings, lezingen, evenementen en festivals bij te wonen.

Werkcolleges en zelfstandig belegeid werken zijn de belangrijkste werkvormen:

De student werkt zelfstandig en wordt individueel en in groep opgevolgd.Inhoud en techniek worden aan elkaar gekoppeld in het leerproces.

Er zijn enkele algemene sessies over documentaire praktijk en groepsbesprekingen van het werk van de studenten.

Er zijn verschillende vooruitgangsgesprekken in het atelier.

De student schrijft ook een reflectieverslag. Deze schrijvend-reflectieve praktijk heeft onder andere de bedoeling om de individuele werkontwikkeling te duiden en wordt als pedagogisch instrument mee opgenomen in de dialoog tussen student en docent.

Het opleidingsonderdeel Documentaire III is het laatste onderdeel in een drieluik verspreid over de drie bachelorjaren.
Doorheen de drie opleidingsonderdelen gaat de student als filmmaker de confrontatie aan met de diverse aspecten van documentaire film.
a. Bewustwording van documentaire als kritische methode en inzicht in het belang van de materialiteit van het cinematografisch dispositief
b. Zich kunnen situeren als filmmaker t.o.v. andere filmmakers
c. Eigen documentaire realiseren: tonen dat je als student in staat bent om op een begeleide/zelfstandige basis research, pre-productie, productie en postproductie van een eigen film in handen te nemen.

Documentaire is geen genre of een categorie, maar een kritische methode. In dit atelier wordt deze documentaire attitude verdiept, waarbij zowel nadruk ligt op grondige research en procesmatig werken, als het realiseren van een origineel werk dat de signatuur van de maker draagt.

Atelier documentaire III   werkt vanuit de idee dat documentaire film gebaseerd is op contaminatie, contestatie en onzekerheid, vertrekkende vanuit een houding ten aanzien van de meervoudige en veranderende realiteiten in onze wereld. De interesse voor dit documentaire gebaar in het atelier loopt parallel aan de opkomst van kritiek ten aanzien van eurocentrisme en de bijhorende post- en dekoloniale methodes

Docu III is uitgesplitst in twee complementaire ateliers:

In het eerste atelier krijgt de student de tijd om zich te verdiepen in een onderwerp en om de complexiteit van het medium naar zijn/haar hand te zetten. Er wordt langdurig geobserveerd en/of ingewerkt in een situatie (immersion), om een intensifiëring te realiseren zowel van de relatie die de student opbouwt met het onderwerp als ten opzichte van de complexiteit van documentaire film.

Het tweede atelier is een korter atelier dat gericht is op het experiment. Er wordt een documentaire gemaakt die zich niet alleen verhoudt ten opzichte van een onderwerp maar ook tot het medium zelf, met daarbij reflectie over ideologische paradigma’s en machtsrelaties in cinema, geopolitiek en de kunstwereld. Hierbij wordt belang gehecht aan ethische verantwoordelijkheid en nagedacht hoe het werk verschillende plekken van de wereld – die vaak in wij en zij worden onderscheiden –, kan samenbrengen.

De student beschikt over de eindcompetenties van het opleidingsonderdeel Documentaire II.

Kerncompetenties

- in staat zijn om een persoonlijk documentair project te ontwerpen en te realiseren.

- technische en artistieke vaardigheden van persoonlijk documentair project bedenken en realiseren.

- in staat zijn om een visie op het eigen kunstenaarschap te exploreren.

- in staat zijn om een documentair project grondig te documenteren met  een onderzoekende houding en kritische reflectie.

Algemene competenties

- Verdieping kennis audiovisuele kunsten.

- Collectieve peer feedback.

- Visie over het audiovisuele medium eigen maken.

Steeds mogelijkheid tot persoonlijke afspraak.

Permanente evaluatie van het proces (50%) en jurering van het eindproduct (50%).

Algemeen
- Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
- Werkstukken moeten op vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd.
- Bij wettige afwezigheid van de student moeten de werkstukken door iemand anders worden ingediend.
- Evaluatie tijdens de 1ste examenperiode, geen 2de zittijd.

Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).

Deliberatie-info: voor dit opleidingsonderdeel moet je slagen (wordt nooit gedelibereerd).

De school voorziet in het technische en afwerkingmateriaal: videocamera, klankopname materiaal, lichtmateriaal, non lineair montagemateriaal + eventueel eigen opname- en montagemateriaal.

De basiskost beperkt zich tot het aanschaffen van videotapes en verbruiksgoederen tot 250 €.
De bijkomende kosten zijn afhankelijk van de aard en het thema van de film. De filmmaker zal ook instaan voor: vervoer en catering van de eventuele cast en de crew, voor de huur van eventuele locaties, enz…
Externe harde schijf verplicht (ook bruikbaar bij andere opleidingsonderdelen).

H700-AV-Kunst-Film

(geslaagd voor Atelier Fictie I EN geslaagd voor Atelier Documentaire I EN geslaagd voor Atelier Audiovisueel Onderzoek I) EN ((geslaagd voor Atelier Fictie II EN geslaagd voor Atelier Documentaire II) OF (geslaagd voor Atelier Fictie II EN geslaagd voor Atelier Audiovisueel Onderzoek II) OF (geslaagd voor Atelier Documentaire II EN geslaagd voor Atelier Audiovisueel Onderzoek II)).