Een viertal volledige dagen inleidende lessen: het creëren van een gedeeld vocabularium rond documentaire film aan de hand van heel wat korte films en filmfragmenten, denkwerelden, conceptuele kaders, tekstfragmenten en groepsdiscussies. De vooroordelen en gemeenplaatsen rond documentaire film worden radicaal bevraagd, ondermijnd en aan het wankelen gebracht. Documentaire film als heterogene, complexe en paradoxale ruimte.
Het atelier als creatieve vrijhaven waar de nadruk ligt op de documentaire attitude, het documentair bewustzijn, de documentaire ervaring, de documentaire methode, de positie van de documentairemaker, de mythe van de objectiviteit en de verantwoordelijkheid van de filmmaker, documentaire film als geste, de complexe (valse) breuklijn ethiek/esthetiek, het documentaire proces, de fragiliteit van dat proces, de politiek van en relatie tussen vorm/inhoud, documentaire film als dialectiek in actie, documentaire film als collage, documentaire film als klanken en beelden die op een kier staan, documentaire film als het aftasten, het peilen van de afstand tot de wereld, tot de ander.
De inleidende lessen dienen als ondersteuning van de creatieve zoektocht, het belangrijkste blijft om een eigen stem te vinden, een eigen audiovisuele taal te ontwikkelen, om met de eigen intuïtie te leren omgaan.
Dit alles mondt uit in een vrije oefening van minder dan 10 minuten, een korte en doorwerkte documentaire film. De studenten worden aangespoord om te vertrekken vanuit een concrete en tastbare realiteit (vanuit de materie), om niet vast te lopen in brede en ongrijpbare thema’s. Ze moeten aan de slag gaan vanuit hun observatie en vanuit een fenomeen in alle betekenissen van het woord en werken met eigen beeldmateriaal. Het maakproces wordt tijdens de verschillende etappes (onderzoek, opnames, montage) intens begeleid doorheen individuele gesprekken met de studenten. Een bewustwording van het dialectisch proces van de documentaire film en de montage als essentiële creatieve ruimte staan centraal in deze oefening.