Atelierwerking met o.m. individuele besprekingen, groepsbesprekingen, projecten en workshops, extramuros-activiteiten, groeps-en individuele presentaties.
Studenten schrijven minstens tweemaal per academiejaar een reflectieverslag. Deze schrijvend-reflectieve praktijk heeft onder andere de bedoeling om de individuele werkontwikkeling te duiden en wordt als pedagogisch instrument mee opgenomen in de dialoog tussen student en docent.

In het atelier staat het proces en de persoonlijke artistieke zoektocht van de studenten centraal. Studenten worden uitgebreid geïnitieerd in de vrije kunsten en de gekozen discipline. In het atelier van het eerste jaar wordt de nodige inhoudelijke, vormelijke en technische kennis en kunde verworven om creatieve processen en artistieke strategieën te initiëren binnen het eigen vrije artistieke werk en de eigen persoonlijke werkontwikkeling.
Dit atelier is mee het fundament voor een verder traject in de vrije kunsten waarbij creativiteit, het auteurschap, het proces-en conceptueel denken, alsook de cruciale technische vaardigheden en kennis de basis vormen voor de verdere uitbouw van het artistiek parcours.

Atelier Mediakunst I vormt het startpunt van een persoonlijke artistieke ontdekkingsreis binnen de mediakunst aan KASK. De focus ligt op vier kernonderdelen: het creëren en presenteren van autonoom artistiek werk, het introduceren van diverse audiovisuele en digitale technieken, het ontwikkelen van een onderzoekende houding en het versterken van communicatieve vaardigheden.

In de atelierwerking komen volgende aspecten komen aan bod:
• Aan de hand van oefeningen en opdrachten worden de studenten uitgedaagd om binnen een bepaald kader technische mogelijkheden, creatieve processen en/of artistieke strategieën te onderzoeken en toe te passen.
• De studenten leren een eigen beeldende praktijk opstarten die getuigt van een inhoudelijke betrokkenheid. Ze gaan op zoek naar een persoonlijk verhaal en ontwikkelen daarbij hun eigen beeldtaal. Dit kan resulteren in films, audiovisuele installaties, performances, geluidscomposities, digitale of virtuele kunstwerken, installaties, tekeningen, publicaties, enzovoort.
• Tijdens gezamenlijke werkateliers of workshops worden specifieke vaardigheden aangeleerd en ingeoefend. Dit omvat onder andere initiaties in een breed scala van audiovisuele en digitale toepassingen zoals audio, video, webtechnieken, interactieve media, Artificiële Intelligentie, Virtual Reality, etc. Deze kennis stelt de student in staat om in het artistieke werk keuzes te maken waarbij de techniek of technologie geen belemmering maar juist een bron van creatieve ontwikkeling vormt. Naast het verkennen van technische en artistieke mogelijkheden, benadrukken we ook de historische en hedendaagse impact van deze media en technologieën op zowel de samenleving als de kunstpraktijk.
• De studenten krijgen de tijd en begeleiding om eigen creatieve methoden te ontdekken en tot zelforganisatie te komen. Dit omvat onder meer het leren functioneren in een atelieromgeving, het implementeren van onderzoek, het visualiseren en uitwerken van ideeën, en het ontwikkelen van een persoonlijke artistieke taal en inhoud.
• Studenten leren hun werk te analyseren, doelgerichte keuzes te maken en een eigen artistiek domein te definiëren. Ze worden aangemoedigd om een discours te ontwikkelen waarin ze kritisch nadenken over hun creatieve processen en de keuzes die ze maken. Dit proces wordt versterkt door het bestuderen van relevante artistieke voorbeelden en het toepassen van deze inzichten op eigen werk.
• Studenten leren hun gedachten en persoonlijke visie te verwoorden en te delen. Dit bevordert niet alleen het inzicht in het werk, maar ook de interactie en feedback van hun omgeving.
• Verschillende keren per jaar worden toonmomenten georganiseerd waar studenten en docenten onderzoek, experiment en/of voltooid werk bespreken.
• Cross-disciplinaire samenwerking en het delen van vaardigheden worden gestimuleerd, waardoor studenten elkaar helpen om projecten te ontwikkelen.
• Studenten worden aangemoedigd om nieuwsgierig te zijn en de kunstwereld te ervaren door naar tentoonstellingen, voorstellingen en filmvertoningen te gaan. We organiseren met de opleiding verschillende bezoeken aan dergelijke evenementen tijdens het academiejaar.
• In het kader van lessen en/of projectweken kunnen optioneel verdere inhoud en/of gespecialiseerde technieken worden behandeld.
• Veiligheids-en gezondheidsaspecten voor kunstenaars (o.a. ergonomie).


Dit vormt de basis voor het ontwikkelen van een betrokken, creatieve, kritische en liefdevolle relatie met (media)kunst.

De student is geslaagd voor de artistieke toelatingsproef.

1. Over de nodige artistieke vaardigheden beschikken om onder begeleiding een persoonlijk project binnen het brede spectrum van de beeldende kunsten te ontwerpen en/of te realiseren.
2. Over de nodige kennis, vaardigheden en inzichten beschikken inzake materiaal, vorm, handeling, concepten, functie en inhouden van het gekozen medium.
3. Kennis en inzicht hebben en blijven ontwikkelen in de maatschappelijke, culturele, artistieke, historische en internationale context van de beeldende kunsten en de artistieke praxis.
4. Een kritische en onderzoekende houding ontwikkelen en aanscherpen ten opzichte van ontwerpen en/of realisaties die voortkomen uit beeldende experimenten en onderzoek, emotie en intuïtie.
5. In het ontwikkelen van een eigen beeldtaal vertrekken van een zoekende en reflecterende houding.
6. Het karakteristieke van persoonlijke ontwerpen en/of realisaties vatten en op geëigende wijze communiceren ten aanzien van een kritisch publiek.
7. Het eigen artistieke project kunnen organiseren in samenspraak met anderen

Naast de begeleiding inherent aan de atelierwerking kunnen studenten steeds een persoonlijke afspraak maken met de betrokken atelierdocenten.

Doorheen het jaar hebben de begeleidingsgesprekken en -momenten een niet-evaluerend karakter. Het docententeam geeft op het einde van het jaar een cijfer op de evolutie van het artistiek proces. Dit toegekend cijfer telt mee voor 2/3e van de eindquotering.
In de examenperiode mei/juni wordt het artistiek werk van de student geëvalueerd door een examenjury. Dit toegekend cijfer telt mee voor 1/3e van de eindquotering.
Er is geen 2e zittijd.

De school voorziet in een basisuitrusting van het atelier alsook bijkomende faciliteiten (ADOBE-lease-licentie, bibliotheek, uitleendiensten, formlab, …).
Er zijn eerder geen verdere verplichte studiematerialen.

De studiekosten zijn opgedeeld in 2 categorieën:
a) Ondersteunend materiaal, doorgaans éénmalig binnen de opleiding aan te kopen: Een computer (laptop of desktop) (Hoeft niet beschikbaar te zijn vanaf de start van het schooljaar.), Ableton (Intro), externe opslagmedia waaronder een backup-systeem, (mini)SD (class 10), … en een degelijke koptelefoon (met kabel) wordt aangeraden. Raming: 2000 à 3000 euro
b) Kosten afhankelijk van de individuele gekozen projecten en geplande extramuros-activiteiten.
Bv. Reiskosten, verbruiksgoederen (hout, verf, …), prints, … Raming: 200 à 600 euro.

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.