Hogeschool Gent
Geraard de Duivelstraat 5 - 9000 Gent
Tel: 09 243 33 33 - E-mail: info@hogent.be
Website: www.hogent.be
Stage: uitdieping17657/3131/1112/1/73
Studiegids

Stage: uitdieping

17657/3131/1112/1/73
Academiejaar 2011-12
Komt voor in:
  • Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs, trajectschijf 2
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 15 studiepunten
Gewicht: 15,00
Totale studietijd: 450,00 uren
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 01.12.2011 (Academiejaar) of 01.12.2011 (Semester 1) of 15.03.2012 (Semester 2)
Titularis: Tratsaert MARJAN
Andere docenten: Van den Broeck Karina
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Academiejaar

Omschrijving Onderwijsorganisatie (lijst)

Onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten
Begeleid zelfstandig/extern werk150,00 uren
Zelfstudie300,00 uren

Omschrijving Onderwijsorganisatie (tekst)

Participatiestage in het eerste leerjaar.

Drie doestages in verschillende graden.

Supervisiegesprekken.

Omschrijving Doelstellingen

- lesonderwerpen situeren in de leerplannen

- algemene didactische principes en vaardigheden toepassen

- vakdidactieken van het aanvankelijk leren correct toepassen in concrete lessituaties

- vakdidactische principes correct kunnen toepassen

- zelfstandig onderwijs- en leerprocessen voorbereiden, uitvoeren en evalueren

- kansen aangrijpen om ICT te integreren in de lessen

- grotere leerstofgehelen kunnen beheren

- een optimaal leerklimaat kunnen creëren en in stand houden voor de verschillende leergebieden

- mogelijkheden tot leergebiedoverschrijdend werken aangrijpen

- anticiperen op verschillen tussen leerlingen door differentiatie

- een persoonlijke noot kunnen aanbrengen in didactische realisaties

- lesverloop realistisch leren timen

- constructief kunnen omgaan met probleemsituaties

- kritisch reflecteren over de eigen klaspraktijk

- zich mondeling en schriftelijk correct kunnen uitdrukken

Omschrijving Inhoud

Participatiestage in het eerste leerjaar.

Drie doestages in verschillende graden van de lagere school.

Op elke stage sluit een reflectieverslag aan.

Omschrijving Begincompetenties (tekst)

Eindcompetenties Stage : verkenning en Stage: basis.

Omschrijving Eindcompetenties (tekst)

Verwijzend naar de decretaal vastgelegde algemene competenties en algemeen beroepsgerichte competenties en de beroepsspecifieke competenties meer bepaald de basiscompetenties voor “de professionele bachelor in het onderwijs:lager onderwijs” wordt voornamelijk gewerkt aan het volgende.

De te bereiken eindcompetenties kunnen niet los gezien worden van de doelstellingen.

Er wordt gewerkt aan volgende "algemene competenties" voor de bachelor:
creativiteit, denk- en redeneervaardigheid, ingesteldheid tot levenslang leren, verwerven en verwerken van informatie, vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken, het kunnen uitvoeren van eenvoudige leidinggevende taken, het vermogen te communiceren over informatie, ideeën, problemen en oplossingen.

Verwijzend naar het opleidingsprogramma wordt voornamelijk gewerkt aan :

Hieronder worden de vaardigheden opgesomd, waarop het accent ligt in het tweede modeltraject.

Functioneel geheel 1: de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen

Vaardigheid 1.1: de beginsituatie van de leerlingen en van de klas kunnen achterhalen.(1.1.2,1.1.3)
Vaardigheid 1.2: doelstellingen kunnen kiezen en formuleren.(1.2.1,1.2.2,1.2.4, 1.2.5)
Vaardigheid 1.3: leerinhouden kunnen selecteren
Vaardigheid 1.4: Leerinhouden kunnen structureren en vertalen in opdrachten.(1.4.1, 1.4.2, 1.4.3)
Vaardigheid 1.5 : Een aangepaste methodische aanpak en groeperingsvorm kunnen kiezen.(1.5.3)
Vaardigheid 1.6 : Onderwijs - en leermiddelen kunnen kiezen en aanpassen.(1.6.2, 1.6.3)
Vaardigheid 1.7 : Een krachtige leeromgeving creëren.(1.7.3, 1.7.4, 1.7.5)
Vaardigheid 1.8 : Observatie en evaluatie kunnen voorbereiden.(1.8.2, 1.8.3)
Vaardigheid 1.9 : Kunnen observeren, proces en product kunnen evalueren met het oog op bijsturing en remediëring.(1.9.1, 1.9.2, 1.9.6, 1.9.7 )
Vaardigheid 1.11: Het leer- en ontwikkelingsproces kunnen begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijke taalachtergronden van de leerlingen.
Vaardigheid 1.12: De leerkracht kan omgaan met de diversiteit van een groep.

Functioneel geheel 2: de leraar als opvoeder

Vaardigheid 2.1: In overleg een positief leefklimaat creëren voor de kinderen in de leerlingengroep en op school. (2.1.2, 2.1.6)
Vaardigheid 2.2: De emancipatie van de kinderen bevorderen.(2.2.1, 2.2.2, 2.2.3 )
Vaardigheid 2.3: Attitudes bij kinderen nastreven die bijdragen tot hun individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie.(2.3.3)
Vaardigheid 2.4: Inspelen op de actuele maatschappelijke ontwikkelingen.(2.4.1, 2.4.2, 2.4.3)
Vaardigheid 2.5: Adequaat omgaan met kinderen in sociaal-emotionele probleemsituaties en met kinderen met gedragsproblemen.(2.5.1)
Vaardigheid 2.6: Het fysiek welzijn van de kinderen bevorderen.(2.6.2 )
Vaardigheid 2.7: Communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties.

Functioneel geheel 3: de leraar als inhoudelijk expert

Vaardigheid 3.1: De basiskennis van de leerinhouden beheersen, waaronder tenminste de ontwikkelingsdoelen en eindtermen, en recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Frans, Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorling, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's Leren Leren, Sociale Vaardigheden en ICT volgen.
Vaardigheid 3.2: De verworven kennis en vaardigheden m.b.t. leergebieden en vakgebieden kunnen aanwenden op een geïntegreerde manier
Vaardigheid 3.3: Het eigen vormingsaanbod situeren en afstemmen op het geheel van het onderwijsaanbod.(3.3.1, 3.3.2)

Functioneel geheel 4: de leraar als organisator

Vaardigheid 4.1 Een gestructureerd werkklimaat bevorderen.(4.1.1)
Vaardigheid 4.2: Een soepel en efficiënt les- en/of dagverloop creëren, passend in een tijdsplanning a) vanuit het oogpunt van de leraar b) vanuit het oogpunt van de lerende (4.2.2, 4.2.5)
Vaardigheid 4.3: Op correcte wijze administratieve taken uitvoeren.(4.3.2 )
Vaardigheid 4.4: Een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de kinderen.(4.4.1)

Functioneel geheel 5: de leraar als innovator - de leraar als onderzoeker

Vaardigheid 5.1: de resultaten van onderwijsontwikkelingswerk en vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen.(5.1.1)
Vaardigheid 5.2: Kennisnemen van toegankelijke resultaten van onderwijsonderzoek die relevant zijn voor de eigen praktijk.(5.2.1)
Vaardigheid 5.3: Het eigen functioneren kunnen bevragen en bijsturen.(5.3.1)

Functioneel geheel 6: de leraar als partner van ouders en verzorgers

Vaardigheid 6.1: Zich op de hoogte stellen van en discreet omgaan met gegevens over het kind.(6.1.1)
Vaardigheid 6.5: In Standaardnederlands of een ander passend register, communiceren met ouders en verzorgers met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties.

Functioneel geheel 7: de leraar als lid van een schoolteam

Vaardigheid 7.1: Overleggen en samenwerken binnen het schoolteam.(7.1.2, 7.1.3, 7.1.4)
Vaardigheid 7.2: Binnen het team over een taakverdeling kunnen overleggen en de afspraken naleven.
Vaardigheid 7.3: De eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het team bespreekbaar kunnen maken
Vaardigheid 7.4: Zich documenteren over de eigen rechtspositie en die van de leerlingen.(7.4.1 )
Vaardigheid 7.5: In Standaardnederlands adequaat in interactie treden met alle leden van het schoolteam.

Functioneel geheel 9: de leraar als lid van de onderwijsgemeenschap

Vaardigheid 9.1: Kunnen deelnemen aan het maatschappelijk debat over onderwijskundige thema's.(9.1.1)
Vaardigheid 9.2: Kunnen dialogeren over zijn beroep en zijn plaats in de samenleving.(9.2.1 )

Functioneel geheel 10: de leraar als cultuurparticipant

Vaardigheid 10.1: Kan actuele en maatschappelijke thema's en ontwikkelingen onderscheiden en kritisch benaderen op de volgende domeinen: het sociaal-politieke domein, het sociaal-economische domein, het levensbeschouwelijke domein, het cultureel-esthetische domein, het cultureel-wetenschappelijke domein.

Attitudes

A1. Beslissingsvermogen, A2. Relationele gerichtheid, A3. Kritische ingesteldheid, A4. Leergierigheid, A5. Organisatievermogen, A6. Zin voor samenwerking, A7. Verantwoordelijkheidszin, A8. Flexibiliteit.

Omschrijving Begeleiding

- op aanvraag individuele begeleiding bij de voorbereiding van de didactische praktijk

- nabespreken van lessen: duiding van aandachtspunten en werkpunten, aanreiken van tips op
  individuele basis

- zelfreflectie op individuele basis

- elke stage wordt afgesloten met een supervisiegesprek met de student, de mentor, de mentor-coach
   en de lector-coach.

Omschrijving Evaluatie (tekst)

Inschrijven met een creditcontract enkel mogelijk na toelating.

Inschrijven met een examencontract niet mogelijk.

Diplomacontract en creditcontract:
-eerste zittijd: niet-periodegebonden: permanente evaluatie (100%)
-tweede zittijd: niet mogelijk.

Een student kan zich enkel inschrijven voor " Stage : uitdieping " als hij reeds een credit heeft verworven voor alle opleidingsonderdelen van semester III en IV of als hij al deze opleidingsonderdelen in zijn huidig traject heeft.

Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Tweede examenkans: wel mogelijk.

Omschrijving Studiematerialen (tekst): Verplicht

Leermaterialen opleidingsonderdelen semesters 1, 2, 3 en 4.
 

Studiekosten

Verplaatsingen naar de stagescholen, werkbladen en didactisch materieel aanmaken.

Trefwoorden

Stage, agogisch handelen, didactisch handelen, pedagogisch handelen, communiceren

Omschrijving volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.