Hogeschool Gent
Geraard de Duivelstraat 5 - 9000 Gent
Tel: 09 243 33 33 - E-mail: info@hogent.be
Website: www.hogent.be
Beeld en zorg17626/3132/1112/1/79
Studiegids

Beeld en zorg

17626/3132/1112/1/79
Academiejaar 2011-12
Komt voor in:
  • Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs, trajectschijf 3
    Keuzepakket:
    • Uitdieping II:
    Opleidingseenheid:
    • Uitdieping II
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang: 6 studiepunten
Gewicht: 6,00
Totale studietijd: 180,00 uren
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 01.12.2011 (semester 1)
Titularis: Jonniaux Ida
Andere docenten: Clement Karen, Steelant Lynn, Van Driessche Kelly
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 1

Omschrijving Onderwijsorganisatie (lijst)

Onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten
Begeleid zelfstandig/extern werk60,00 uren
Hoorcollege20,00 uren
Werkcollege10,00 uren
Zelfstudie90,00 uren

Omschrijving Onderwijsorganisatie (tekst)

Muzische vorming: BEELD

-Praktisch en zelfstandig werk

Omschrijving Doelstellingen

Binnen de uitdiepingen wordt aandacht besteed aan zorg en diversiteit

Volgende doelstellingen zijn gerelateerd aan de ontwikkelingsdoelen muzische vorming en lichamelijke opvoeding en ontwikkelingsdoelen van het kleuteronderwijs:

Muzische vorming

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein BEELD:

Beeldende activiteiten uitwerken waarbinnen zelfstandigheid, initiatief, differentiatie, probleemoplossend denken aan bod komen.(Project Diversiteit) (OD MV Beeld 1.1, 1.2, 1.3, 1.4 en 1.5)(OD MV Attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

Didactische platen vervaardigen in functie van leeractiviteiten(Project Diversiteit) .(OD MVBeeld 1.4)(OD MV Attitude 6.3)

Het belang van het gebruik van een didactisch platen inzien.

Leren gebruik maken van beeldmateriaal om opdrachten te verduidelijken.

Inzicht hebben in de beeldaspecten en de morfologie van de beeldtaal begrijpen. Beelden analyseren adhv de beeldaspecten en met de beeldaspecten als leerinhoud een activiteit organiseren.

Verschillende technieken bij beeldende expressie toepassen zowel 2D als 3D. Bereid zijn om te experimenteren en clichédoorbrekend te werk te gaan. Een grote verscheidenheid aan materialen en hun gebruik kennen.(Project Diversiteit)

Inzicht hebben in een activiteit kunstbeschouwing.

Overzicht hebben van de Vlaamse, Belgische en belangrijke internationale illustratoren. Inzicht hebben in de verschillende illustratievormen en prentenboektechnieken.(Project Diversiteit)(OD MV Beeld 1.1, 1.2, 1.3, 1.4 en 1.5)(OD MV Attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

De verworven kennis en vaardigheden i.v.m. de beeldende activiteiten bij kleuters toepassen binnen de pedagogisch-didactische aanpak.( .(Project Diversiteit(OD MVBeeld 1.1)(OD MV Attitude 6.1,6.2,6.5)

Inzicht verwerven in de kunstbeschouwing.Dit inzicht aanwenden om toe te passen binnen de klaspraktijk.(ODBeeld 1.1)( OD MV Attitude 6.1,6.2,6.5)(Project Diversiteit)

ATTITUDES

De volgende attitudes gelden voor alle functionele gehelen.

A1 beslissingsvermogen: durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen.

A2 relationele gerichtheid: in contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen.

A3 kritische ingesteldheid: bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen.

A4 leergierigheid: actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen.

A5 organisatievermogen: erop gericht zijn de taken zo te plannen, te coördineren en te delegeren, dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden.

A6 zin voor samenwerking: bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken.

A7 verantwoordelijkheidszin: zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen.

A8 flexibiliteit: bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures.

EHBO:·        inzicht verwerven in de basisprincipes van eerste hulp ·        de vier stappen in eerste hulp kunnen toepassen ·        inzicht verwerven in eerste hulp materiaal en dit materiaal op een correcte wijze kunnen gebruiken ·        een stabiele zijligging kunnen toepassen ·        kunnen reanimeren, noodsituaties op een adequate manier inschatten, vitale functies controleren. ·        eerste hulp kunnen verlenen bij verslikking, bloedingen, huidwonden, brandwonden, letsels aan botten spieren en gewrichten, hoofd- en wervelletsels, vergiftiging, pijn op de borstkas en beroerte. ·        eerste hulp kunnen verlenen bij flauwte, hersenschudding, steken en beten, kortademigheid, hyperventilatie, onderkoeling zonneslag en hitteslag, epilepsie koortsstuipen, diabetes, amputatie, buik en rug, allergie, infecties en kinderziektes. ·        inzicht verwerven in bedrijfseerste hulp, geavanceerde eerste hulp. ·        inzicht verwerven in het menselijk lichaam. Het brevet EHBO "helper" kan behaald worden indien je "de basiscompetenties voor de helper" beheerst. Detaillijst met basiscompetenties voor de helper is terug te vinden in de syllabus.EHBO in de kleuterklas integreren (OD WO gezondheidseducatie 1.9, 1.10 en 1.11) 

Diversiteit:

 

- De studenten leren diversiteit op een positieve manier benaderen.

- De studenten leren jongeren en kinderen begeleiden tot kwaliteitsvolle interactie met elkaar en met anderen.

- De studenten integreren diversiteit in het totale onderwijsleerproces van studenten, jongeren en kinderen.
Dit betekent:
- gericht op zoek kunnen gaan naar vormen van diversiteit met een meerwaarde voor het leerproces
- variatie inbouwen in de didactische praktijk
- de eigen inbreng van studenten en leerlingen uitdrukkelijk stimuleren
- differentiatie inbouwen in de klaspraktijk
 
- De studenten kunnen goed omgaan met de diversiteit van medestudenten, leerlingen, ouders en externe partners.
Dit betekent:
- omgaan met medestudenten, ouders en externe partners in een geest van democratisch overleg en samenwerking
- bereid zijn te leren van collega’s, medestudenten, ouders en externe partners

Deelname aan de vakkenstage kleuterdans is verplicht

Studenten kunnen zorgbreed werken vanuit voorafgaande theoretische inzichten en vaardigheden binnen lichamelijke opvoeding

Studenten kunnen rekening houden met de eigenheid van elke kleuter en voldoende aandacht en zorg besteden aan de verschillen tussen kinderen.

Een gedetailleerde lijst van doelstellingen is te vinden in de syllabus

Omschrijving Inhoud

Binnen de uitdiepingen wordt aandacht besteed aan zorg en diversiteit

Muzische vorming:

BEELD:

- verdieping in de kunstbeschouwing

- vervaardigen van didactisch materiaal imv kunstbeschouwing

- realisaties in 3 dimensies: ruimtelijke voorstellingen

- realisaties op groot formaat

-uitbreiden van het inzicht in de verscheidenheid bij verschillende illustratoren

Omschrijving Begincompetenties (tekst)

Eindcompetenties verworven voor het opleidingsonderdeel Muzische vorming Beeld binnen MV IV

Omschrijving Eindcompetenties (tekst)

De te bereiken competenties kunnen niet los gezien worden van de doelstellingen.

Verwijzend naar decretaal vastgelegde algemene competenties en de algemene beroepsgerichte competenties en de beroepsgerichte competenties meer bepaald de basiscompetenties voor "de Professionele Bachelor in Onderwijs: kleuteronderwijs"

BASISCOMPETENTIES VOOR DE LERAAR KLEUTERONDERWIJS

Functioneel geheel 1 - De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen

1.3 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. De leerkracht kan : 1.3.1 rekening houdend met het aanbod thuis, met de beginsituatie en met criteria van maatschappelijke relevantie, keuzes maken uit een breed ontwikkelingsaanbod; waarbij nagestreefd wordt dat elke kleuter maximale kansen op ontwikkeling krijgt;

1.6 De leerkracht kan individueel en in team ontwikkelingsmaterialen kiezen en aanpassen. De leerkracht kan : 1.6.1 informatie over ontwikkelingsmaterialen vinden, raadplegen en kritisch beoordelen, rekening houdend met de specifieke behoeften van de doelgroep; 1.6.2 ontwikkelingsmaterialen adequaat gebruiken en aanpassen. De ondersteunende kennis omvat relevante bronnen om ontwikkelingsmaterialen te vinden, evenals criteria om ze te beoordelen.

1.11 De leerkracht kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijke taalachtergronden van de kleuters. De leerkracht kan : 1.11.4 via beeldtaal vragen en opdrachten helder formuleren; . De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties en methodieken voor taalondersteuning en taalgerichtheid in niet-taalvakken.

Functioneel geheel 3 - De leraar als inhoudelijke expert

3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorming, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskundige Initiatie in het kleuteronderwijs volgen. De leerkracht kan : 3.1.1 zijn eigen deskundigheid op inhoudelijk terrein bevorderen. De ondersteunende kennis omvat de inhoudelijke opbouw en de samenhang tussen de diverse leergebieden en de mogelijkheden van permanente vorming.

3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot de leergebieden op een geintegreerde manier aanwenden. De leerkracht kan : 3.2.1 flexibel gebruik maken van domeinspecifieke kennis en vaardigheden in de pedagogisch-didactische aanpak. De ondersteunende kennis omvat de concepten, inhouden en structuren en methodes van het leergebied.

Functioneel geheel 5 - De leraar als innovator - de leraar als onderzoeker

5.1 De leerkracht kan resultaten van onderwijsontwikkelingswerk en vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen. De leerkracht kan : 5.1.1 vernieuwende inzichten uit de opleiding in zijn onderwijspraktijk aanwenden

ALGEMENE COMPETENTIES

Het beheersen van de algemene competenties als denk- en redeneervaardigheid, het verwerven en verwerken van informatie, creativiteit,en een ingesteldheid tot levenslang leren.

Omschrijving Begeleiding

Er is op donderdagnamiddag monitoraat voorzien

Omschrijving Evaluatie (tekst)

Inschrijven met een creditcontract is enkel mogelijk na toelating.

Diploma- en creditcontract:

Muzische vorming: BEELD

Eerste zittijd:

- periode-gebonden: toonmoment 20%

- niet-periode gebonden: Permanente evaluatie 40% en taak 40%

Tweede zittijd:

- Permanente evaluatie 40%: beoordeling van permanente evaluatie wordt overgenomen uit de eerste zittijd (40%)

- vervangende taak 40%: taak kan opnieuw ingediend worden.

- toonmoment 20%

Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Tweede examenkans: wel mogelijk.

Omschrijving Studiematerialen (tekst): Verplicht

Informatiemap voor de onderwijspraktijk gewoon basisonderwijs: Ontwikkelingsdoelen en eindtermen. Leerplannen van het kleuteronderwijs van GO en OVSG.

Muzische vorming: BEELD:

- cursus MV I en II, III en IV

- diverse tekenmaterialen

Studiekosten

Muzische vorming: BEELD:

- diverse tekenmaterialen (eventuele aanvulling): 25 EUR

Trefwoorden

Muzische vorming: domein beeld, Didactisch materiaal kunstbeschouwing, 3 dimensioneel werken, werken op groot formaat, illustratietechnieken, doelen, ontwikkelingsdoelen, EHBO.

Omschrijving volgtijdelijkheid

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.