Maatschappelijk, internationaal en intercultureel participeren
Invloed van eigen referentiekader op oordeel over feiten/gebeurtenissen benoemen. 3.3 W&I

Krachtige leeromgeving
Kenmerken van de leerlingen/leerlinggroepen op verschillende domeinen (soc-aff, psycho- motorisch, cogn, tempo, interesse, soc. context) illustreren 7.1 T
Kenmerken van de leerlingen/leerlinggroepen op verschillende domeinen (soc-aff, psycho- motorisch, cogn, tempo, interesse, soc. context) in kaart brengen 7.1 W&I
Passend selecteren van doelstellingen, werkvormen, inhouden en evaluatie op basis van beginsituatie. 7.2 T
Het leren voor en in diversiteit omschrijven 7.3 W&I
Het leren in en voor diversiteit vertalen in het pedagogisch-didactisch handelen 7.3 T
De aanwezige diversiteit herkennen bij het ontwikkelen van leeractiviteiten 7.4 W&I
Gedifferentieerd werken motiveren op basis van de in kaart gebrachte beginsituatie van leerlingen 7.1 T
Het gedifferentieerd werken verduidelijken 7.2 W&I
De aanwezige diversiteit aangrijpen om gedifferentieerd te werken binnen alle pijlers van het didactisch model 7.2 T
Het ervaringsgericht werken illustreren. 8.2 T

Leerbegeleiding
Een zorgvraag detecteren 11.3 W&I
Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften situeren binnen school en klas 11.1 W&I
Correct omgaan met leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften 11.1 W&I
In het uitbouwen van leeractiviteiten met leerlingengegevens rekening houden. 11.3 W&I

Dit opleidingsonderdeel kent zowel een coherente verticale als horizontale afstemming ten aanzien van andere opleidingsonderdelen.

Verticale afstemming via het leerresultaatlijnen – model:

Modeltraject 1:
Algemene didactiek
Basispsychologie voor het onderwijs
Praktijk 1: exploreren
Praktijk 1: assisteren
Praktijk 1: WPL exploreren
Praktijk 1: WPL assisteren

Modeltraject 3:
Vakoverschrijdend en projectmatig werken
Praktijk 3: beginnende leraar zijn
Praktijk 3: in diverse contexten werken
Praktijk 3: WPL 1
Praktijk 3: WPL 2

Horizontale afstemming:

Onderwijsvak X3
Onderwijsvak X4
Praktijk 2: vakleraar X worden
Praktijk 2: WPL LO
Praktijk 2: WPL BR
Assistent in diverse contexten
Individueel ontwikkelingstraject 2

Het opleidingsonderdeel is opgebouwd uit volgende onderdelen:

1) Krachtige leeromgeving
Leerlingenkenmerken
Leren VOOR diversiteit met 6 sleutelcompetenties: dialoog en samenwerking, flexibiliteit, leren van elkaar, multiperspectiviteit, normaliteit, onbevooroordeeldheid en non-discriminatie
Leren IN diversiteit met 6 didactische voorwaarden: breed observeren, veelzijdige en gevarieerde aanpak, leeromgeving verbreden, samenwerkend leren (coöperatieve werkvormen), heterogene groepsvorming, breed evalueren
Leren leren
Binnenklasdifferentiatie


2) Leerbegeleiding
Zorgvraag / specifieke onderwijsbehoeften
Handelingsgericht werken
Zorgcontinuüm, M-decreet/redelijke aanpassingen, inclusief onderwijs, buitengewoon onderwijs
Leer- en ontwikkelingsstoornissen
STICORDI-maatregelen



Voor LO-BR worden enkele bovenstaande inhouden afgebakend en worden inhouden met betrekking tot de sportsector aangereikt: kleuterdidactiek en rollen in de lessen LO.

geslaagd of gedelibereerd voor Algemene didactiek 1 EN geslaagd of gedelibereerd voor Algemene didactiek 2.

In de facultaire onderwijs- en examenregeling (FOER) vindt men de afspraken inzake volgtijdelijkheid die voor dit opleidingsonderdeel van toepassing zijn.

Dit opleidingsonderdeel ondersteunt de leerresultaten die een vertaling zijn van de niveaudescriptoren leidend tot de graad van bachelor in het hoger professioneel onderwijs uit de Codex Hoger Onderwijs.

OLR
03 Een professionele visie ontwikkelen gekoppeld aan de maatschappelijke realiteit vanuit een internationale en een brede culturele participatie
07 Diversiteit als uitgangspunt en als meerwaarde voor het didactisch-pedagogisch handelen in de onderwijspraktijk gebruiken
08 Ondernemend een dynamisch en innoverende leeromgeving creëren in al zijn facetten
11 Zorg uitbouwen voor de leerlingen en voor zichzelf, met aandacht voor individuele zelfredzaamheid en zelfmanagement

dOLR

03.3 Het beroep van leraar vorm geven door een brede culturele participatie
07.1 Relevante kenmerken van leerlingen/leerlingengroepen opsporen die aan de basis liggen van het gedifferentieerd werken in de klas/ op school.
07.2 Doelstellingen, werkvormen, leerinhouden, leeractiviteiten en evaluatievormen op maat van elke leerling uitwerken.
07.3 Leerlingen stimuleren tot constructief en respectvol omgaan met diversiteit binnen de klasgroep, de school en de samenleving
07.4 De aanwezige contextuele diversiteit van het kind en van de school constructief betrekken door te differentiëren in de klas- en op school.
08.2 Authentieke ervaringen als context voor het leerproces hanteren
11.1 De fysieke en geestelijke gezondheid van leerlingen bevorderen
11.3 In het kader van het schoolzorgbeleid systematisch en in multidisciplinair overleg leerlingengegevens verzamelen en er adequaat mee omgaan

Begeleid zelfstandig werk.

Gebruik van elektronische leeromgeving

Zelfstudiemateriaal

Eerste examenkans

Periodegebonden evaluatie
- Schriftelijk examen (70 %)
- Ontwerp (30%)


Tweede examenkans

Voor de tweede examenkans worden dezelfde evaluatievormen en dezelfde verdeling percentage beoordeling aangewend als in de eerste examenkans.



Vanuit de visie van taalontwikkelend opleiden is taal een onderdeel bij alle opdrachten.

Syllabus, aanvullende documenten en media worden ter beschikking gesteld via elektronische leeromgeving.

Voor de lessen kleuterdidactiek wordt het volgende boek warm aanbevolen: Florquin, V. en Betrands, E. (2017), Speelkriebels voor kleuters. Een ontwikkelingsgerichte kijk op bewegingsspelen, Acco

ISBN 9789463440165, (32,90 euro)

Bijkomende andere studiekosten worden geraamd op ongeveer 20 euro: de reële kostprijs hangt af van de actuele kostprijs van het verplicht aan te schaffen materieel/materiaal en van de verplichte activiteiten waaraan de studenten dienen deel te nemen.