Klassikale en individuele besprekingen, groepsdiscussies, werkatelier, opzoekingswerk.

De student fotografie moet doorheen zijn opleiding vertrouwd raken met het plaatsen van zijn artistiek onderzoek binnen een brede context, zowel op fotografisch, artistiek als maatschappelijk en historisch vlak en zijn onderzoek leren rapporteren.
A) de student verwerkt zijn kennis en inzicht over de evolutie van het medium binnen politieke, sociaal-economische en culturele context.
B) de student kan, op initiërend niveau, zijn beelden analyseren en gebruikt de informatie en kennis om zijn eigen artistiek parcours binnen het autonoom werk te documenteren met relevant tekst- en beeldmateriaal.

Dit onderzoek wordt ondersteund door het opleidingsonderdeel 'Geschiedenis van de fotografie 1' , waarin hij geïnitieerd wordt in analyse van beelden en het opzoeken en verwerken van bronnenmateriaal.
De opleidingsonderdelen 'Onderzoek persoonlijk artistiek dossier 1 en 2' worden in 3e bachelor fotografie gefinaliseerd in het opleidingsonderdeel 'Dossier'

Niveau: initiërend.
In dit opleidingsonderdeel leert de student zijn autonoom werk documenteren.
Hij analyseert zijn uitgangspunt/onderwerp en illustreert het ontstaan en het verloop van zijn autonoom werk.
Om zijn beelden te situeren binnen de context van de geschiedenis van de fotografie of van de kunstgeschiedenis of een algemene context maakt de student gebruik van beeld en tekst om zijn analyse te onderbouwen (theoretisch ondersteund en aanleren van werkmethodes in 'Geschiedenis van de fotografie 1.2').
De student leert zijn bedenkingen formuleren, illustreren en staven.
De nadruk ligt op het documenteren van het autonoom werk en een eenvoudige rapportage.
.

Geen specifieke begincompetenties vereist.

1) Ingesteldheid tot levenslang leren
Onder meer:
- de student toont in staat te zijn nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden te verwerven en de bereidheid om deze te actualiseren.
- hij geeft blijk zich te oriënteren in de theoretische referentiekaders die zijn/haar inzicht in de kunst en in de maatschappelijke realiteit verdiepen.
- geeft blijk van ruime culturele interesse.
- oriënteert zich in de geschiedenis van de kunst.
- oriënteert zich in het actuele artistiek domein.

2) Vermogen tot kritische reflectie
de student leert het eigen werk en dat van anderen te beschouwen, analyseren, duiden en evalueren.
Onder meer:
- hij is zich aantoonbaar bewust van maatschappelijke en culturele stromingen zowel historisch als eigentijds en van het belang ervan op het eigen vakgebied.

Steeds mogelijkheid tot individueel gesprek, na afspraak met de docent.

Permanente evaluatie telt voor 50% van de punten, evaluatie van het werkstuk telt voor 50% van de punten.

Algemeen:
- De werkstukken moeten op de vastgelegde datum ingediend worden of gepresenteerd.
- 2e zittijd is mogelijk
- In geval de student wettig verhinderd is aanwezig te zijn, zorgt hij ervoor dat de werkstukken door iemand anders wordt binnengebracht.

Beeld- en tekstmateriaal als resultaat van eigen onderzoek.

Fotokopieën, verplaatsingskosten.

Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.