In het eerste deel, algemeen recht, worden de basisbegrippen van het recht en de basisinzichten in de werking van de maatschappij verduidelijkt. De leerstof omvat : het begrip recht, de rechtsbronnen, de indeling van het recht, de politieke en de gerechtelijke organisatie, de gerechtelijke procedure en het bewijsrecht.

In het tweede deel, burgerlijk recht, brengt de student de praktische basiskennis en het inzicht in de regels van het “gemeen recht” bij. Dit deel omvat de studie van personen- en familierecht, zakenrecht, zekerheden, verbintenissenrecht, bijzondere contracten, erfrecht, schenkingen en testamenten.